Zie het hier volledige artikel met foto’s
INTERACTIEVE INSTALLATIE VAN TAMTAM IN SPEELGOEDMUSEUM DEVENTER
Op de zolder van het Deventer Speelgoedmuseum stond nog een grote poppenkast. Misschien konden ze daar iets mee doen. Dat voorstel werd resoluut afgewezen door Gérard Schiphorst en Marije van der Sande van het TAMTAM Objektentheater. Het speelgoedmuseum veranderde in september 2021 in een museum voor de Spelende Mens. De installatie van TAMTAM zorgt voor veel spelplezier.
We betreden de Wunderkammer van het museum dat de grootste speelgoedcollectie van Nederland heeft. In twee sfeervolle koopmanshuizen uit de Hanzetijd kronkel je via trappen van de ene kamer naar de andere ruimte, van oud naar nieuw speelgoed, van modeltreintjes naar een mechanisch tekenende clown uit de 19de eeuw, naar Kapla om zelf te bouwen, naar toverlantaarns en een wii- apparaat waar je je bewegingen kunt laten vastleggen op een print (als het apparaat werkt). En zoveel meer is er om je aan te vergapen en ook om te doen. Heel veel speelgoed van vroeger is er uitgestald, voor grootouders is dat vaak nostalgisch, voor kinderen een ontdekking. Zeker als je er zelf mee aan de slag kunt gaan. In de Wunderkammer, de eerste ruimte die je binnenkomt en die je overdondert met de gevulde uitstalkasten, word je geprikkeld door wat je op een groot scherm ziet gebeuren. Handen leggen een kraaltje onder een kammetje, ze verplaatsten een draadje, schikken twee knopen, een gezichtje met oogjes, en dan maken andere handen met een halve cirkel van knopen er een persoon met baard van. Twee driehoekjes als oren veranderen het portret in een kat. Naast het scherm tilt plots een pluchen aap zijn arm op. Je ziet tegen het plafond een touw schuiven. Trekken aan dat touw zorgt voor de beweging. Wie doet dat? Je kijkt naar boven, achter het muurtje van een open tussenverdieping zie je een kind dat aan het touw trekt, en ontwaart achter haar nog andere kinderen. Je gaat naar boven. Twee kinderen staan aan een wandtafel, twee bakken met spulletjes en prulletjes staan naast hen. Ze grabbelen er een tandenborstel, een knoop, nog een grotere knoop, een draadje, … uit, overleggen waar ze wat gaan leggen, veranderen, opnieuw en opnieuw, becommentariëren elkaar, ‘zie je wat ik zie?’
Het credo van TAMTAM
Boven de werktafel hangt ook een schermpje met ‘instructies’. Het is een filmpje met richtlijnen, geen handleiding, het blijft bij Kijken, Zoeken, Vinden, Denken, Proberen, Veranderen, ….. Het internationaal geroemde TAMTAM Objektentheater huist in Deventer. Toen de stad zijn speelgoedmuseum ging vernieuwen, lag het voor de hand dat TAMTAM voor een interactieve creatieve installatie zou zorgen voor kinderen, voor spelende mensen.
Boven het ‘instructie’scherm staat het TAMTAM-credo op de muur geschreven:
“alles kan iets anders worden, een dopje wordt oog, zon, maan of pannenkoek,
een roestige spijker speelt arm, been, boom of bodem van de zee,
speelgoed voor je fantasie.”
Elk speelgoedje, van grote constructies tot kleine tolletjes, is ooit ontstaan doordat kinderen en grote mensen die kind zijn gebleven hun fantasie op een object lieten inwerken en er mee aan de slag gingen.
Voorwerpen op auditie
Voor TAMTAM kan elk weggegooid, kapot object dat weerloos achterblijft, van waarde zijn. Stukjes metaal, een duikbril met een gebarsten glas, een gedeukte theepot, je kunt het zo gek niet bedenken, alles kan voor een voorstelling dienen. De objecten moeten wel eerst een ‘auditie’ ondergaan, voordat ze gecast worden voor een productie.
In Roestige Spijkers & Andere Helden waren naast roestige kromme en rechte spijkers, ook stukjes karton, stukjes metaal, afgedankte werkhandschoenen, propjes ijzerdraad en zo veel meer. Op een werktafel vormen Gérard en Marije constant met de prulletjes allerlei taferelen. Zo verandert een mannetje in een kasteel. Dat vormenspel wordt groot geprojecteerd op een scherm, en ondersteund door een soundscape. Het is een heerlijk spel van metamorfosen.
Die productie was het uitgangspunt van de installatie in het vernieuwde Speelgoedmuseum. Roestige spijkers en stukjes ijzer met scherpe kantjes waren natuurlijk te gevaarlijk voor kinderhanden, vandaar dat de voorwerpen die uit de bakken gegraaid kunnen worden, veilig en kindvriendelijk zijn. Zo zijn ze het materiaal om helder verhalen te vertellen met objecten. Jong en oud zie je spelen.
Ecce homo ludens!
De mens droomt, fantaseert, creëert beelden en verhalen, de mens speelt. De homo sapiens, onze voorouder, was al een homo ludens, en dat is hij nu nog steeds vanaf zijn geboorte. Dat vertelde Johan Huizinga al een 90 jaar geleden. Een baby, een peuter communiceert al door het aanwijzen van voorwerpen, door ernaar te graaien, ermee te gooien, … nog voordat hij met taal zijn wensen kenbaar maakt. Zo moet dat ook bij de oermensen geweest zijn, en in diens culturele evolutie is hij/zij/hun blijven spelen. (Meer nog: volgens mij is een spel met objecten een eerste vorm van theater, maar dat is een ander verhaal.)
De mens is in ieder geval van nature uit een spelend wezen, zoals hij van nature uit over taal beschikt. De baby, de peuter, de kleuter, het kind speelt, en ook de volwassene speelt, zij het misschien minder. (Een scheurkalenderwijsheid: “We stoppen niet met spelen omdat we oud worden; we worden oud omdat we stoppen met spelen.” George Bernard Shaw). Gelukkig zijn er ook de kunstenaars die blijven spelen. Met voorwerpen knutselen ze allerlei dingen in elkaar, experimenteren ermee, bewegen ze, brengen ze tot leven. Voor de fun, voor pure vreugde van het spel zelf. Het aangename gevolg van dit spel is dat het verbindt, dat het een gemeenschap samenbrengt, en dat het streeft naar een esthetische expressie: bevalligheid, blijheid, schoonheid! Jong en oud laten hun fantasie werken, ontdekken nieuwe werelden, ontdekken dat dingen kunnen veranderen, ver-beeld-en nieuwe werelden. Het Speelgoedmuseum zegt daarover dat “je in het museum zult ontdekken dat speelgoed niet alleen vermakelijk is, maar ook veel vertelt over onszelf.”
TAMTAM speelt al meer dan veertig jaar hun theater der dingen en laat ons genieten van een andere blik op de wereld. Hun voorbeeld kunnen jong en oud nu ook volgen in het museum, en met die ontdekking thuis lekker verder verhalen ontwikkelen met speelgoed, prulletjes, afgedankte restjes, …. .
TAMTAM zelf heeft in de coronatijd niet stilgezeten. Gérard speelde in zijn uppie Garage aan de keukentafel bij mensen thuis. Nu is die voorstelling omgevormd tot een zaalproductie. Ik heb ze nog niet bekeken, wel heb ik een aantal scènes door The Tube kunnen zien. Ook coronaproof: een voorstelling van een paar minuten voor één toeschouwer, die op de nodige afstand, twee meter zestig, door een buis kijkt naar miniatuurtafereeltjes die één speler aan de andere kant van buis brengt. (Een ideale productie voor op festivals!) Het zijn losse, poëtische stukjes, met korte muziekjes. Zo zie je in de verte een wolk, een naderend vliegtuig, een luchtfoto van een stad, je hoort doorheen de muziek gedaver van schoten, het vliegtuig kantelt, daken worden steeds groter. Het is een tafereel over de neerstorting van een vliegtuig in Enschede op het einde van de oorlog. Beklijvend. Wat vrolijker is een stukje waarin vingers een accordeon bespelen, die dan verandert in een dansende flamencojurk, terwijl het eigenlijk een waaier is.
TAMTAM is puur theater van de metamorfose. Het kan alles laten veranderen, in een verrassende vormgeving, met subtiele humor, in een poëzie pure van beelden, in wonderlijke miniaturen. TAMTAM blijft verwonderen.
De wereld van het poppenspel